Woeste zee
Zwaar teisteren de zwarte zwepende golven mijn schip
Dalend en steigend, honend en deinend, met het gevaar van een klip
Met kommer en kwel door het donderdend geraas
Er schijnt geen eind te komen aan dit helse relaas
Maar wat valt er op mijn oog
Licht sterker dan de zon doch het staat niet hoog
Het is geen boze bliksem of duistere donder
Wat zou het zijn is dit misschien mijn wonder
Ginds ga ik, zwiepend en zwaaiend, klotsend en draaiend
Groter word het licht maar toch de wind is nog laaiend
Golven vezwinden tot rust komt mijn gehavende boeg
Wijkende winden beindigen mijn gezwoeg
De lucht van de zilte zee wisselt met de zoete zachtheid jouwer landen
Verleumd vaar ik naar de kust waar vuren branden
Het baken der inmense lichtoren heeft mij hier geboden
Ik meer aan voor het lijkt het land der goden
Voor een tijd voel ik mij zeer gelukkig en blij
Nog nooit in mijn leven was ik zo vrolijk en vrij
Goede grappen maken schaterend gelach
De meest heerlijke gerechten dag na dag
Met een teder gebaar sta ik voor je klaar
Zoelte zinnelijke zinderende nachten
Het zijn jou krachten die mijn wonden verzachten
Met zekerheid een verheven half jaar
Maar schepen zijn gemaakt om verder te varen
Er zijn oneindige scharen aan andere waren nog te vergaren
Het licht dat mij trok naar deze weelden eens zo stralend
nu vervaagd door het licht van alledag, ik ben weer dwalend
Nu zet ik met een zekere zucht de zeilen bij
voor reeds zeven maanden was jij de enige voor mij
maar nog vandaag voer ik gestaag met de wind in het onbekende
al lag het niet in het geplande ik ben blij dat ik je verkende
Maar nu voort scheurt de bries mij in het gekolk van de oceaan
nu vaar ik op volle krachten zonder nog langer te wachten, jij ziet me gaan
beide zullen wij voortberijden op de volgende de komen gaat
maar misschien ben ík het die jou haven ooit weer binnen vaart, vroeg of laat.
Geplaatst in de categorie: liefde