WAT TE ZIJN
de leeuw weet hoe hij
het als leeuw goed doet
hij weet waartoe hij
zich beperken moet
meeuwen weten waar
te vliegen waar te zijn
ze doen dit nu en toen
al eeuwen ze beperken zich tot
hun wezen – ze zijn meeuwen
de hond nog steeds een hond
maar ergens ook nog een beetje
wolf waaruit hij ooit ontstond
hij begrijpt de mens erg goed
maar vooralsnog blijft hij hond
de kat - een leeuw in het klein
zal ondanks dat hij niet hoeft
toch muizen proberen te vangen
het is de jacht als leeuw die hij diep
in zich proeft – zijn stil verlangen
de mens zou enkel mens moeten zijn
zich beperken tot wat een mens doet
zich op aarde niet gedragen als een zot
zich moeten afvragen wanneer is het hier fijn
wanneer is genoeg genoeg in het leven?
want wat hij gebruikt maakt hij kapot
in een hopeloos pogen te streven
naar wat hij denkt dat moet?
Het zijn van een beetje God?
Inzender: C.A. de Boer, 26 maart 2020
Geplaatst in de categorie: filosofie