inloggen

Gedichten

gedicht (nr. 1.462):

Waar ruik je naar

Als het het enige was dat hier lag, als de stenen
hier niet lagen en de wielsporen, bierblikjes en
lichtvlekken, als het niet zo
nodig iets moest zijn zou het nu gaan bewegen.

Het zou op zijn kop kunnen
gaan staan. Het zou op zijn tenen
uit zijn uitersten glijden en het zou je
inpakken in een kudde vlaggen, fietsen en

melkflessen, mooi zou het praten
zodanig dat je alles vergat, aan je zitten
zoveel het zou en je zou het
laten. Heeft van die ogen, vol tranen

waarvan we hopen dat die nooit geschreid
zullen worden want niemand heeft daar een
zwemdiploma tegen. Wat het is,
lichaam van niks, het draait zich naar je om,

daarna begin je te merken hoe zijn wimpers
te lang zijn voor zijn wangen, naast zijn mond
een krekel woont. Zo in die dagen,
ontstond er een grote liefde die alles verslond.

---------------------------
uit: 'Daar ligt het', 2003.

Schrijver: Eva Gerlach
Inzender: mc, 31 juli 2009


Geplaatst in de categorie: liefde

2.0 met 25 stemmen aantal keer bekeken 25.947

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)