gewone jongen
de dichter droomt van oeverloze stromen
die traag door een oneindig laagland gaan
hij peinst over de zin van het bestaan
en wat er na de dood zo-al zal komen
hij is een god in ’t diepst van zijn gedachten
z’n ganzenveer bedwingt het perkament
beschrijft de wolkenvelden die frequent
extase of een zwaar gemijmer brachten
hij weent om bloemen in de knop gebroken
om de vrede die zo kort slechts mocht bestaan
en om de liefdes die hij steeds voorbij zag gaan
zo staat hij daar, diep in z’n kraag gedoken
gerinkel klinkt, nog één blik op het zwerk
dan komt de tram en gaat hij naar het werk
... (met dank aan Hendrik Marsman en Willem Kloos) ...
Schrijver: Daan de LigtInzender: Redactie (H), 28 januari 2025
Geplaatst in de categorie: overig
Ik blijf ze lezen.