Rembrandt: De Heilige Familie, ets
Was niet hun beider teerste droom, het kind te aanschouwen
Dat uit haar reine schoot zuiverste Liefde schiep?
Betastte hij niet zacht, en voelde hij niet diep
Verscholen leven daar, het lijf der lieve vrouwe?
Hoe kon zijn zaligheid zo plotseling verflauwen?
Wat angst welde in zijn hart, dat eensklaps hij ontliep
Het warm vertrek, waar aan haar boezem 't wichtje sliep
Zacht in haar arm en van haar kleed de wollige vouwen?
Zag in haar ogen hij 't geheim, voelde hij 't beven
In haar omstrengling: voor 't uit háár gegroeide leven
Liefde zo teer, zo vreemd, als nooit een man verstaat?
Hij gluurt door 't raam, wijl winterzonnestralen weven
Een aureool om haar en 't kind, - oogsluitend laat
Hij leunen tegen 't kil kozijn zijn droef gelaat.
De Beweging (1919)
Schrijver: Alex GuttelingInzender: Redactie, 3 november 2020
Geplaatst in de categorie: schilderkunst