143 resultaten.
Novalis
poëzie
4.5 met 6 stemmen
2.531 Hij wist met kalme angst hoe alles moest
Leven: voortleven, zalig of verdoemd.
Niets wordt vernietigd, spoorloos verwoest;
Een geur, een toon die in de stilte zoemt,
Iets blijft - hoe ook verijld, versteend, verbloemd,
Leven moet alles tot in eeuwigheid.
Geen sluimring, geen min, geen dood verzoent
De kruistooht redeloos door ruimte…
Raadsel
poëzie
4.2 met 5 stemmen
2.393 Vroeger schreef ik aan een zwaar bureau
Lichtzinnige gedichten;
Nu, met een plankje op mijn knie,
Een lijvige roman.
Ben ik vooruitgegaan? Wie
Kan mij zeggen, of ik het ben
Dan wel de materie
Die ten slotte moest zwichten?…
De poolvulkaan
poëzie
5.0 met 1 stemmen
1.685 Barre verlatenheid
Duldde ik eeuwen reeds,
In gelatenheid
Trots en uitgebrand.
Wolken sneeuwen steeds,
Zwaar en eindeloos;
Wit en eindeloos
Ligt het poolland rond.
‘t Laaiend Noorderlicht
In staalharde nacht
Houdt in mij de hoop
Dat een langre schicht
Mij inééns losscheurt uit mijn krater
En in vlammenvloed
Al het eeuwig ijs
Smelt…
Kindervrage
poëzie
4.2 met 9 stemmen
2.411 In de hemel staan de sterren
Als kinderen in de verre
Somber overwolkte heide
Waar zij grazend zich verspreiden
Voor het verschiet.
Hoe komt het dat zij niet verdwalen?
Wel is de Maan een strenge herder
Maar de hond die ze, als ze verder
Gaan dan mag, terug moet halen,
Is er niet.
Waarom gaan ze dan niet zoeken
Uit den hemel, in den hoeken…
Avond
poëzie
4.5 met 6 stemmen
5.696 Het huis sliep achter zijn gesloten blinden,
Wij zaten samen op de kille bank,
De dag was als haar oude vader krank,
De blaren fluisterden met moede winden.
Moe van de geuren die zij moeten dragen
Van graven oud en rozen uitgebloeid,
Weemoedig vlagend door verwarde hagen
En 't armlijk loof dat om de zerken groeit.
Je hebt weinig gedacht…
Voor de verre prinses
poëzie
4.7 met 10 stemmen
4.958 Wij komen nooit meer saam:
De wereld drong zich tussenbeide.
Soms staan wij beiden 's nachts aan 't raam,
Maar andre sterren zien we in andre tijden.
Uw land is zo ver van mijn land verwijderd:
Van licht tot verste duisternis - dat ik
Op vleuglen van verlangen rustloos reizend,
U zou begroeten met mijn stervenssnik.
Maar als het waar is…
Camoës
poëzie
3.3 met 3 stemmen
2.117 Hij sleet zijn jeugd in 't afgelegen slot
En diende een hof, geestloos wuft en verwaten.
Hij vlood, wild hunkerend naar een groter lot
Alleen naar de pas opgerichte Staten.
Om zijn stilzwijgen en onzeker schot
Geminacht door kooplieden en soldaten,
Aan boord, in 't fort ten prooi aan 't plomp complot
Dat hij niet delgen kon, slechts macht…
De wijze
poëzie
3.0 met 3 stemmen
2.714 Mijn huis is vuil, mijn kinderen, talrijk, krijsen.
De varkens wroeten ronkend in de hof.
Maar bergen, blauw en ver verheven, eisen
Mijn aandacht op, die stijgt uit stank en stof.…
Winter op zee
poëzie
2.6 met 14 stemmen
4.164 De kim wordt wreed, de golven tuimlen wild,
Van mild en groen, spoorslags hardgrijs en grauw;
Eén nacht waarin de wind door 't luchtruim rilt,
Dan, als een plotselinge dood, de kou.
Om rotseilanden zonder boom en gras,
Liggend verlaten in het oeroud ruim,
Bloeit slechts 't onstuimig en verward gewas
Van 't snel opschietend, snel verwelkend…
DE LAATSTE HERFST
poëzie
2.7 met 6 stemmen
3.402 Ver stond de strakke lucht
Als een grijszijden scherm
Gespannen voor de dood.
Aan deze zijde een vlucht
Vogelen met gekerm,
Onze hoofden over, vlood.
De grond bekroop wat groen.
Schril staken stengels riet.
De wereld stond ontbladerd
Uitstervend in seizoen,
Dat zon voorgoed verliet,
Weer tot de maan genaderd.
Wij vonden nog een zoen.…
De zee
poëzie
3.8 met 10 stemmen
5.034 De zee, het enige leven dat strekt
Van begin tot einde
- Terwijl alle andre, voor kort gewekt,
Gedwee en weerloos verdwijnen -
Geeft in eeuwige breking
De grote, zachte verzekering
Dat, wanneer allen versterven, verstijven,
Zij bevallig zal blijven.
En als ik ga gehaast,
Genaderd en genaast
Door de jagende dood,
Hoor ik de troost
Van …
Sterrenkind
poëzie
3.8 met 5 stemmen
4.998 Een sterrennacht op de wereld geworpen,
In sneeuw begraven door de wind,
Houthakkers brachten naar hun verre dorpen
Als een gevonden schat het sterrenkind.
Zij dachten hun vrouwen gelukkig te maken
Omdat zijn mantel van zilver was,
Maar zij moesten hem voeden en bij hem waken
Als was hij een…
Avond
poëzie
2.8 met 5 stemmen
3.187 Het huis sliep achter zijn gesloten blinden,
Wij zaten samen op de kille bank,
De dag was als haar oude vader krank,
De blaren fluisterden met moede winden.
Moe van de geuren die zij moeten dragen
Van graven oud en rozen uitgebloeid,
Weemoedig vlagend door verwarde hagen
En 't armlijk loof dat om de zerken groeit.
Je hebt weinig…
NÉÈRE
poëzie
3.8 met 4 stemmen
1.762 De koele morgenwind brengt het gebloemte aan ’t trillen.
Néère, naakt en blank, moet schateren en rillen,
Aan de oever, telkenkeer dat zij met sneeuwen voet
breekt door het broos kristal van de vertrouwde vloed,
Terwijl, niet ver van daar, Satyr haar jeugd bespiedt.
Hij houdt zijn adem in en pijpt niet meer zijn lied;
En ’t kind welks prille…
Oude Koreaan
poëzie
4.0 met 3 stemmen
1.866 Hoofddeksel met dubbele bodem:
Een kalot in een doorzichtige punthoed,
De tussenruimte vormt een kleine vliegenkast.
Uit het wit gewaad rijst een ingevallen gelaat
Waaruit, boven een spichtige baard,
Een dunne pijp die tabak voor drie trekken bevat
Op de borst hangt.
De blik is verwonderd en berustend, van een
Waardig onderdrukt ras.…
Herfstwind
poëzie
4.8 met 4 stemmen
2.397 Herfstwind verdrijft de witte wolken,
Ganzen trekken langs het lege zwerk,
Nog geuren chrysanten en bloeien orchideeën,
Kon ik mijn vroeger lief nu vergeten,
Bijna was ik gelukkig,
Met mijn bloemenboot op de Fen-rivier,
Wit schuimt de stroom langs de boeg,
Fluit en trom houden maat met de riemslag,
Onder 't rumoer broeden sombre gedachten,…
Dronken in de lente
poëzie
3.5 met 8 stemmen
2.402 Dronken zat ik onder de amandelboom.
Blaren vielen in de plooien van mijn kleed.
Ik merkte het niet,
Totdat ik opstond en mijn kleed straksloeg,
Toen vielen de blaren rondom,
Zodat ik mij afvroeg:
"Heb ik gebloeid zonder het zelf te weten?
Kon ik genieten en heb ik het niet gedaan?
Vervloekte wijnroes!"
Maar toen ik mijn lome ogen opsloeg…
MIJN ZONEN of RAMPSPOED GEEFT RECHT OP DRONKENSCHAP
poëzie
3.1 met 8 stemmen
2.405 Haast al mijn haar is al grijs,
Vol rimpels mijn gezicht.
Toch is het mij goed gegaan :
Geen dochter heb ik en vier zoons.
Maar allen haten papier en penseel.
A Sjoe is achttien,
Alleen in luieren is hij een meester.
A Sji An doet zijn best,
Maar in zijn hart haat hij de Letteren.
Yoeng Twan is dertien,
Maar kan geen zes van zeven onderscheiden…
De moede soldaat
poëzie
3.8 met 10 stemmen
2.999 Achter de hagen langs de straat
Staan zij in feestgewaad;
Geen schone kan mij nog wat schelen,
Zij mogen mijn soldij verdelen!
En ik vereer niet meer de heilige meren,
Noch luidt voor mij de avondgong,
Die etter draag van kwade zweren
En nauw de dood ontsprong.
Maar kindren komen aan mijn knie, zij houden
In kleine handjes grote schalen…
Mager paardje
poëzie
2.5 met 11 stemmen
2.872 Mager paardje, jaag maar:
De steppe is eindeloos breed,
De vliegen steken in je flanken,
De stenen je zere hoeven,
Je mag nooit stilstaan en drinken
En de zon is zo hard en zo heet.
Smal scheepje, vaar maar:
Eindeloos is de zee,
Al trillen je moede masten,
Al heb je te zware lasten,
Toch mag je in geen haven rusten
En aan '…