inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1802 - 1868

poëzie (nr. 1.345):

De sneeuwman

Zie zo, mijn kleine sneeuwman,
Nu ben je kant en klaar;
Maar 'k heb nog wat vergeten,
Een kuifje op je haar,
En dan dit korte pijpje....
Kom, open nu je mond,
Kijk, piet, hij staat er heuzig
Of hij er jaren stond.

En had ik nu een spiegel,
Dan liet ik je er in zien,
En stond je vast beteuterd
Als laatst die kleine mien,
Toen zij haar witte boezel
Present kreeg van oom wout,
Waaronder nu die koudkleum
Al weer haar handen houdt.

Nu, 'k moet het eerlijk zeggen,
Je kostte ook wat een vlijt,
Eer wij je zo ver hadden,
En vrij wat zorg en tijd;
Een viertal blauwe neuzen,
En konen, rood als vuur,
Een hele achtermiddag,
En menig morgenuur!

Als 't nu maar niet gaat dooien,
Zo als het is voorspeld
Door maarten van de tuinman,
Die werkt op 't Vinkeveld!
Dat zou recht jammer wezen...
Wat zeg je, bolle piet?
Dan was ons werk verloren,
En al de moeite om niet.

Een buurman die het hoorde,
Zei: ‘klaas, versta ik goed,
Vindt gij het zo verdrietig
Als gij vergeefs wat doet,
Dan loont ge ook al de moeite,
Die aan u wordt gedaan
Door ouders en door meesters,
Van deze dag af aan.’

Schrijver: Jacob van Lennep
Inzender: Redactie, 26 december 2009


Geplaatst in de categorie: moraal

3.0 met 11 stemmen aantal keer bekeken 3.157

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)