De schaduw van de dood
Wij zaten neer in 't heidekruid; daar vloog
Een wolk voor 't zonlicht en een zwarte stip
Streek langs het bos, als waar 't een floers van krip,*
De schaduw van een ziel, die henentoog;*
Verschrikt schoot ginds een vogel wild omhoog
Van uit de lage kant, een schuwe snip,
Terwijl de donkre schim, als met een tip
Het heiveld scherend, snel zich voortbewoog; -
Maar hand in hand, toen met zijn schaduwkleed
De brede vorm nabijsloop, zaten wij,
Gedachtig aan het spook, dat hard en wreed
Vaak mensen scheidt, hoe groot hun liefde zij;
Daar vlood het schijnsel heen, het was als gleed
De schaduw van de Dood langs ons voorbij.
---------------------------------------
Uit: 'Veertig gedichten', 1957.
* krip = zwarte, ruwe stof, meestal gebruikt voor rouwkleding
* henentoog = heenging
Veertig gedichten
Schrijver: Frederik HemkesInzender: JB, 4 augustus 2004
Geplaatst in de categorie: natuur