144 resultaten.
Zwervenszat
poëzie
 3.8 met 18 stemmen  3.632
 3.632 't Meest in nachten als de maan haar stralen
Koud en lusteloos door 't ruim laat dalen,
Ben ik radeloos, denk: ik zal maar ergens
Zwak en zwervens-
Moe mij laten vallen in het zand,
Plompverloren en mij wat bedekken
En dan blijven liggen tot mij een komt wekken,
Deernis koestrend op komt rapen
En zo niet, dan blijf ik slapen.
Maar ik weet…
MARSLIED
poëzie
 4.3 met 13 stemmen  3.059
 3.059 Soldaat, je bent mijn bloedverwant,
Mijn naaste in ’t gelid;
Wij hebben hond noch kraai noch kind,
Geen vrouw die ons verwacht, bemint,
Een huurling heeft geen vaderland,
Wij lopen in ’t gelid.
Soldaat, je bent mijn kameraad,
De vijand zoekt zijn wit;
Heb jij je laatste pijl verspild,
Dan zoek je schut onder mijn schild.
Soldaat, je bent…
Zeekoorts
poëzie
 3.7 met 27 stemmen  3.802
 3.802 Ik moet weer op zee gaan, een goed schip en in 't verschiet
Een ster om op aan te sturen, anders verlang ik niet.
Het rukken van 't wiel, 't gekraak van het hout, het zeil er tegen,
Als de dag aanbreekt over grauwe zee, door een mist van regen.
Want de roep van de rollende branding, brekende op de kust,
Dreunt diep in het land in mijn oren…
De dode beminde
poëzie
 4.1 met 10 stemmen  3.285
 3.285 Ik  hoor niets meer van haar, en vroeger
Was ’t ruisen van haar gewaad al vreugde;
Leeg en stil staat haar zaal,
Stof hoopt zich op, ongestoord,
Blaren ritselen verlangend langs 't raam – 
Hoe kan ik haar dan missen?
Daar dat gordijn,
Gleed haar schim er niet langs?
Ruiste haar rok niet?
Kom, kom toch terug!…
WACHTEN
poëzie
 3.4 met 9 stemmen  4.661
 4.661 Mijn bootje is van dun riet,
Gebonden door vezels van lis.
Toch bevaar ik de stroom.
Geen wachtlicht op de andere oever,
Alleen bewaakt door de poolster.
Kom je niet?
Jouw boot is van sterk hout.
Deze stroom is nog lang niet
De woeste Yang Tse*, en toch ben je bang.
Kom je niet?
------------------------------------------------
Yang Tse…
Op zijn kale kop
poëzie
 2.8 met 12 stemmen  3.617
 3.617 Bij 't opstaan zuchtte ik dat mijn haar grijs werd,
En dat het uitviel bij het slapen gaan.
Mijn laatste lokken koesterde ik als kostbaarheden,
Nu zijn ze weg en ik ben opgelucht.
Ik hoef nu nimmermeer mijn haar te wassen,
Ik leg mijn kam weg, een verouderd wapen,
En, zucht elkeen bij zwoel en drukkend weer,
Dan is mijn kale kop zo heerlijk…
De Vluchtelinge
poëzie
 4.0 met 1 stemmen  2.813
 2.813 Soms weent zij uit: dat zij niet meer kan blijven
 Onbevlekte in verblijven, waar bedreigen
 Haar offerpijn en floers, waaronder lijven
 Den Dienst der wrede liefkozing bedrijven.
 
'k Geloof haar niet, maar neem haar lijfsgewaden.
 Nog naakt vernederd, smeekt zij de genade
 Te mogen gaan. Ik spot: ‘Ga zo, mijn gade!’
 En sliep in zekerheid…
Huivering
poëzie
 3.4 met 21 stemmen  3.529
 3.529 Het leven verlangt steeds naar de dood.
Bemin je? Weet jij waar vandaan
Wij kwamen en waarheen wij gaan?
Neen? Nu, wat heeft dan blijven nood?
Ik breng je geen geluk, ik kom
Alleen vergeten in je schoot,
Moe van het reizen naar de dood
Die nader komt als ik niet kom.
Het vuur krimpt onder dunne korst,
Nauw sluit de kou van het heelal
Rondom…
II. Avond
poëzie
 3.0 met 5 stemmen  2.322
 2.322 Het zwerk wordt wit en rood, het landschap groen en geel,
Onder een wolk aarzelt de morgenster,
Achter een raam waakt de ster van mijn nacht.
Over de stroom, die mijn boot voorbijsleurt,
Begroeten elkaar de beide sterren,
Over mij heen ziend.…
de eenzamen I
poëzie
 3.6 met 11 stemmen  3.498
 3.498 Hoe snel gaat de vrouw voorbij,
Op straat, in de trein, op de sponde,
Vlakbij en oneindig ver.
Soms ziet men alleen oog, mond en haar
(Nog iets van haar boezem misschien)
En kent haar tot in ’t tederst.
Soms was men met haar vereend
Duizend nachten en meer
En is haar toch zo vergeten,
Alles, haar geur, mond, haar,
Als was het zeven jaar…
De ochtendzon
poëzie
 4.0 met 10 stemmen  4.583
 4.583 De flamboyants ontluiken groen en rood;
        Onder hun lommer zal de markt beginnen.
        Wijdbeens gaand, balanceren negerinnen
        De vruchten op haar hoofd en van haar schoot.
        In het goedkoop hotel van Boabdil
        Blijven de blinden dicht, de gangen stil;
        Alleen een boy gluurt door de gescheurde deuren,…
Ballade
poëzie
 3.9 met 8 stemmen  3.232
 3.232 Villon, Rimbaud, Verlaine, Du Plessys,
Verstooten, rein van roem, alleen behorend
In 't heilloos gilde der Poètes Maudits,
Sinds uitgeroeid, verstrooid, welhaast verloren -
Vergeef dat een, door rampspoed achterhaald,
Om hulp roept, radeloos uw naam doet horen,
Terwijl zijn leven zinkt, zijn zingen faalt,
Tot troost uw groter lijden heeft bezworen…
Festijn
poëzie
 4.3 met 7 stemmen  2.863
 2.863 De zalen waren voor 't feest getooid,
De kelders open, de waaiers ontplooid;
lets fraaiers werd nooit vertoond.
Maar nu 't einde nadert van 't gelag,
Roep ik wee en ach,
Wee en ach,
Dat het niet is voortgegaan,
Niet voor eeuwig kon bestaan.
Het is bijna dag.
Waar ik braste stonden vier bokalen,
Zaten nog drie drinkers,
Denkend aan…
Voor de meestbiedende
poëzie
 3.5 met 14 stemmen  2.659
 2.659 Voor de meestbiedende mijn dame is veil:
Zij geeft om bloed noch moed, alleen om geld,
Geen eer heb ik meer in haar gunst gesteld,
Toch lag nog lang in haar mijn heil.
Ik dacht: ‘ De hartstocht voert het hoogst geweld
Over de zinnen.’ Zij is enkel geil
Bij de meestbiedende.
Ik spilde haar alles; onderwijl
Slonken haar gunsten met mijn geld…
Jeugdherinnering
poëzie
 3.6 met 17 stemmen  4.286
 4.286 Dit was mijn eerste visie op de tropen:
Een gladde plaat boven de schoorsteenmantel,
Waarop, om lange palm, laag bladgekantel,
Een tijger sloop, de ogen bloedbelopen.
Daarvoor, 'n Chinees in geel kleed op 'n theebus,
Met plat gezicht, hangsnor en scheve ogen;
Op 't deksel stond een onoplosbre rebus:
Karakters van onmetelijk vermogen.…
Dit eiland
poëzie
 3.6 met 13 stemmen  3.513
 3.513 Voor de zachtmoedigen, verdrukten,
Tot geregelde arbeid onwilligen,
Voor de met moedwil mislukten
En de groots onverschilligen,
De reine roekelozen,
Door het kalm leven verworpen,
Die boven steden en dorpen
De woestenijen verkozen,
Die zonder een zegekrans
Streden verloren slagen
En 't liefst met hun fiere lans
De wankelste tronen schragen…
De dienstmaagd
poëzie
 4.2 met 10 stemmen  2.813
 2.813 Niet uitgestoten en niet opgenomen,
Geen vreemdeling en toch niet een der hunnen,
En niets haar eigen, alles gunst of leen.
Zij zijn de meesters en zij kunnen
Altijd haar leven binnenkomen,
Dat zij, zo altijd eenzaam, nooit alleen,
Niets houden kan voor zich en om zich heen.
Waar zou zij heen gaan? Midden op de vliering
Heeft men een kleine…
De vagebond
poëzie
 3.0 met 9 stemmen  3.136
 3.136 Morgenwind wekt mij, blaadrend in de boom
Waaronder ik in droom lag met een vrouw
Zo wulps als lieflijk, maar zelfs in die droom,
Toch zeer kortstondig, bleef ik haar niet trouw.
De kim woei open. Ik was weer verheugd
En wies mijn warm gezicht in morgendauw.
Ik roofde een landmeisje haar melk en deugd
Met volle teugen, en had geen berouw.…
Uyemo Park, Tokio
poëzie
 3.8 met 4 stemmen  1.998
 1.998 De kindren lopen uit hun kleurig spel
 En laten 't park schuw en verwaarloosd achter.
 De vogels zwijgen om een oude wachter,
 Alleen de krekels sjirpen snel en schel.
  
 Het groene en rode loof wordt even vaal.
 Een flakkerlicht ontwaakt in bronzen lampen.
 De avond komt gedempt, gehuld in dampen
 Nader, als een sluipmoordnaar in een zaal…
de eenzamen iv
poëzie
 3.8 met 6 stemmen  2.440
 2.440 Stil sta ik in de steppe,
De doffe zon gaat onder,
De schrale maan verschijnt.
Het gras dampt, klam en vochtig,
De grond blijft stijf bevroren
In hete korte zomer:
’t Blijft winter in de zomer.
De klokjes zijn nog hoorbaar,
Het rulle spoor nog zichtbaar,
De kar is al bijna verdwenen.
Ja, alles gaat, verdwenen…
Wat over is gebleven…