115 resultaten.
Thans is het uur dat schaduwen neigen
poëzie
4.0 met 7 stemmen 1.722 Thans is het uur dat schaduwen neigen,
En de avond, als een teder lied,
Om huize’ en zielen zacht komt zijgen,
En moede durend, stil vervliet
In de open schoot van ’t schemer-zwijgen…
Thans is in al de zielen vreê,
En dank-gebed in al de huizen;
En zelfs wie wránge dagen leê
Voelt in zijn wezen kalmte suizen
Als een slaap-zware zomer-zee……
ZOU'N WIJ GEEN GLAASKE MOGEN DRINKEN?
poëzie
3.9 met 13 stemmen 1.904 Zou'n wij geen glaaske mogen drinken?
zou'n wij daarom een zat-lap zijn?
- De droesmen van de driften stinken
nog meer dan moer van zieke wijn.
Zou'n wij geen meiske mogen kussen?
Zou'n wij daarom een vuil-baard zijn?
- Maar wèlke boezem wordt het kussen
voor deze lang-verzopen pijn?...
Als koningen kwamen we uit de Oosten
en hadden…
De luchten hangen vol dagen
poëzie
4.6 met 8 stemmen 2.903 De luchten hangen vol dagen, -
De dagen hangen vol smart…
Ik zal te zwak zijn, om te dragen
Wat mij de wereld tegen-sart;
Ik zal te ziek zijn, om te wezen
Wat uw wil star me tegen-slaat,
O mijne dade’ : allene wezen
Die door ’t gewoel bang henen gaat.
Ik, die te trots ben om te leven
In stalen palen enkle tijd:
Ik zal te moe zijn om te…
Laat me, vijver, waar ge ontwaakt
poëzie
4.0 met 2 stemmen 398 Laat me, vijver, waar ge ontwaakt,
- daar, ten dagerade aan 't rozen,
naar uw nacht de morgen naakt, -
laat mijn aanzicht, week en naakt,
eigen bleekheid tegen blozen.
o, 't En is een scheemlen maar;
maar, in 't stijgend morgen-scheemlen,
zie 'k ten vijver, minder klaar
maar te dieper naar ik staar,
schoonre hemel dan ten heemle…
De bruid zegt:
poëzie
4.0 met 2 stemmen 277 Hoe wordt mijn lippe week
van honig-smaak?
– ’t Is of ‘k met tanden-reek
uw tanden raak...
Hoe zijn uw ogen klaar
van vreemde schijn!
‘k Zie er me lévens-waar
spíeglend in zijn...
‘k Hou mijne leden, als
ware ik beschaamd…
– Uw adem, om mijn hals,
die zoelig aêmt...
- Is het een lente-gloed
die door me gaat?
Hoe toch uw strak…
Kind met het bleek gelaat
poëzie
4.0 met 1 stemmen 257 Kind met het bleek gelaat, dat van uw wijde blikken
geen liefde in mat gebaar noch in lede ogen ziet,
maar in uw zedig kleed uw knieën weet te schikken
zó, dat me te elken male een laaie drift doorschiet:
gij zult het nimmer aan mijn vrome woorden weten
hoe mijn begeren om uw kleren dolen dorst;
maar ìk draag in me-zelf de wonde, zelf gereten…
Ween aan mijn borst
poëzie
4.0 met 1 stemmen 330 Ween aan mijn borst den schat der tranen
die rijk me maken van uw leed,
ik die van wankelende wanen
als gij het talmend smeken weet;
ik die, mijn kind, op andre schouder
om eendre vreze heb geschreid,
maar van elke onmacht oud en ouder,
weer om een nieuwe hope lijd;
ik die het goud van alle transen
voor de as van oude zonnen ken…
Ter lome zee met slappe zeilen
poëzie
4.6 met 5 stemmen 298 Ter lome zee met slappe zeilen
onder eenzelfde lamme zon,
en steeds het onveranderd-ijle
aan elke nieuwe horizon;
aldóor de dagen áldoor varen
een onverschill'ge avond toe,
en eindeloos het loom verzwaren
der lamme leden, hooploos-moe;
en nimmer, nimmer slapen mogen,
maar steeds naar horizonnen spiên
met starre en pijnlijk-sperrende…
O zee, die mijne lip doorkeent
poëzie
3.5 met 2 stemmen 479 o Zee, die mijne lip doorkeent met zout-kristallen
waarin het volle licht van alle zonnen breekt;
zand, bij mijn veer'ge zool breed-uitgestraald doorweekt,
waar krijsend iedre tred doet duizend schelpen schallen;
o tuimelende lucht, die brandt mijne ogen toe
maar sluit ze op 't dansen van ontallig-vuur'ge bollen:
ik ben van zee en lucht…
Wij zullen blijde zijn
poëzie
4.0 met 1 stemmen 407 Wij zullen blíjde zijn... De bomen blozen
van vruchten. En ons hoofd is schoon als duizend rozen,
nu we overvloedig zijn van zwenkend zomer-bloed...
o God, God, ik en kende U niet, en was verlóren;
maar nu ge Uw adem door mijn adem deinen doet,
is Uw gedaante menig-voud in mijn herboren,
'lijk, beken-veel door 't barstend lente-land, een vloed…
Gij wast aan mij gelijk de winde
poëzie
3.5 met 6 stemmen 376 Gij wast aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij 't glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm'rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast 't wegend rijpen van het graan.
o, 'k Ben geen sterke; moe-gedragen,
verzwaart…
Als, bij moe-tanend avond-lichten...
poëzie
4.0 met 2 stemmen 317 Als, bij moe-tanend avond-lichten,
angst daalt in onze aanwezigheid,
zijt gij 't, die voor onze aangezichten
de vreê der avond-lampe breidt.
Wij zitten en ons leden wegen,
zwaar van stil-naedre dage-dood;
gíj hebt zacht woorden die verplegen,
en breekt het vredige avond-brood.
En wij, die uwe gaven eten,
wij rusten in uw blijde…
Vlaanderen, o welig huis
poëzie
4.5 met 2 stemmen 401 Vlaandren, o welig huis waar we zijn als genoden
aan rijke taaflen! - daar nu glooiend zijn de weiên
van zomer-granen, die hunne aêmende ebbe breien
naar malvend Ooste' en statig dagerade-roden,
dewijl de morge' ontwaakt ten hemel en ter Leië -:
wie kan u weten, en in 't harte niet verblijên;
niet danke' om dagen, schoon als jonge zege-goden…
O God, ik heb de geur der vlieren om me henen
poëzie
4.0 met 2 stemmen 331 O God, ik heb de geur der vlieren om me henen,
en mijn hart - God, gij kent zijn lijden, en Ge weet
hoe vaak het, schoon gelate', in pijn zijn dagen leed -,
is als een appel-boom, met pralend licht omschenen,
die blij zijn branken breidt, waar roze en blank verenen
hun perel-kleuren in 't teer weemlend bloemen-kleed...
Zo is mijn vrucht-zwaar…
Weer rijst het
poëzie
4.0 met 2 stemmen 261 Weer rijst hier uit de diepste grond
naar 't holle duister van mijn mond
en streeft naar nieuwe luister,
gelijk naar nieuwe bloesem streeft
de knop die teer in dauw-licht beeft,
en stralend uit de boezem leeft
der aarde, diep en duister.
'k En durf te spreken, waar ik wou
het woord bewaren, dat ik hou
ten troost van dode wanen,…
IK BEN DE HAZEL-NOOT
poëzie
4.0 met 2 stemmen 328 Ik ben de hazel-noot. - Een bleke, weke made
bewoont mijn kamer, en die blind is, en die knaagt.
Ik ben die van mijn zaad een duisternis verzade.
En 'k word een leêgt', die klaagt noch vraagt.
'k Verlaat me-zelf; 'k lijd aan me-zelven ijle schade.
Ik ben 't aanhoudend maal, in een gesloten kring,
van ene domme, duldeloze, ondankb're made…
De stille zonne daar ik zit
poëzie
4.2 met 4 stemmen 331 De stille zonne daar ik zit, voor mijne woning,
in de oude lijste van een groene en rode veil;
van al de bloemen op mijn mond de milde honing,
en in mijn hart van al de dagen 't vrome heil;
een witte roze aan mijne krage, en voor mijne ogen
de weiden en de Leië in lage zonne-brand;
van mijne vrouwe in mij het zorgend mededogen,
en van…
Ik hoor de nacht die nader-zijgt
poëzie
5.0 met 4 stemmen 409 Ik hoor de nacht die nader-zijgt, –
en beider zwijgen...
Ik voel uw hoofd naar mij geneigd,
– zal ’t míjne neigen?
Uw aangezicht is vreemdlijk stil
in ’t schemer-leven...
Ik zie het laatste dag-geril
in de avond-dreven.
– Is dit een einde of een begin?...
Uw handen glanzen;
uw blik is als violen in
verslenste kransen...
– – Ach, is…
Er komt iemand bij mij
poëzie
4.3 met 3 stemmen 352 Er komt iemand bij mij, die 'k nimmer zag,
en uit-der-mate vriendlijk, die mij zegt:
‘Gij weet, ik berg iemand in mijne woon.
Neen: er verbergt zich iemand in mijn woon.
Ik zie hem niet, maar ben in hem begaan.
Ik ken hem, en hij is mijn liefst bezit...’
- Ik durf niet zeggen dat die vreemdling liegt.
Ik durf niet zeggen dat zijn gast…
EEN VRUCHT DIE VALT...
poëzie
4.5 met 2 stemmen 409 Een vrucht die valt...
- Waar ‘k wijle in ‘t onontwijde zwijgen,
buigt statiglijk de nacht zijn boog om mijn gestalt.
De tijd is dood, omhoog, omlaag. Geen sterren rijgen
haar paarlen aan ‘t stramien der roereloze twijgen.
En geen gerucht, dan deze vrucht, die valt.
Een vrucht.
- En waar ik sta, ten zatte levens-zome,
vol als de nacht, maar…