inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1756 - 1831

poëzie (nr. 1.446):

't Menselijk verstand.

Wat is des mensen geest beperkt! -
Hoe lang, hoe zwaar hij zwoegt en werkt,
Hoe vlijtig hij doorzoekt, hoe kloek hij is in 't gissen,
Van niets is hij gewis, niets weet hij in de grond.
't Is al voor hem omringd van dichte duisternissen,
Waar in nooit schemer daagt van 't licht der morgenstond.

Dat vrij de toorts der wetenschap
In de ogen flikker', vlamm', en knapp'!
Het is om 't waarheidspoor voor dat des waans te missen.
En slimmer duizendwerf waar hij zijn dwaallicht spreidt,
Dan 't donker van de onwetendheid,
Te dom, om smaaklijk gift voor voedsel op te dissen!

o Dwalingen, wier tal en maat
Het zand der zee te boven gaat,
En vasthoudt aan elkaar als saamgekleefde klissen;
Gij door die stalkaars voortgebracht,
Gij toont ons, dat die zucht die steeds naar kennis tracht,
Slechts enkel twijflen leert of roekeloos beslissen!


1808.

Schrijver: Willem Bilderdijk
Inzender: Redactie, 1 juni 2010


Geplaatst in de categorie: psychologie

3.0 met 5 stemmen aantal keer bekeken 1.931

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)