Het vaderland
Het land waar ik geboren ben,
Waar 'k zo veel goede mensen ken,
Waar ook mijn vader 't leven vond
En waar mijn moeders wiegje stond,
Dat land dat mij te leren geeft
Hoe deugd naar ware grootheid streeft,
Hoe ondeugd dikwijls zonk en viel -
Ik heb het lief met hart en ziel.
'k Haat evenwel geen ander land,
Dat waar een blijk van onverstand;
Op zee, te land, op berg, in dal,
Veel goeds - men vindt het overal;
Maar hen, die 'k van mijn jonkheid ken,
Hen, wien 'k mijn welzijn schuldig ben,
De grond waarop ik dankend kniel,
Schenk ik vóór alles hart en ziel.
De liefde voor mijn vaderland
Wordt diep mij in het hart geplant,
En 'k vind die liefde een wijze wet,
Want, als ik op mijn voorrecht let,
Dan voel 'k mij zo innig goed,
Daar, waar 'k geleerd word en gevoed.
Ja, 't land dat mij te beurte viel,
Ik heb het lief met hart en ziel!
In de speeluren(1850)
Schrijver: W.J. van ZeggelenInzender: Redactie, 29 mei 2022
Geplaatst in de categorie: maatschappij