inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1862 - 1920

poëzie (nr. 3.548):

Hoe eindloos lang...

Hoe eindloos lang die nachten van ellende!
Hoe lang nog in 't verschiet de dag die naakt,
nu 'k uit de korte koortsdroom half ontwaakt,
mij oprichte en de blik naar buiten wende.

't Is dag, maar toch geen dag voor mij, die kende
de volle luister, die 't Heelal doorblaakt:
zie alles treurt zó mat, zó dor, zó naakt....
maar dat de zon me een enkle hoopstraal zende

en 't schijnt me of weder, in 't verdord gemoed,
iets op gaat wellen en zijn vreugde spreiden
in en rond mij in gouden zomergloed.

En 'k wou zo graag de minnende armen breiden
en weer het ganse leven benedijden,
met al zijn smarten nog in kracht zó zoet.

Verzen (1900)

Schrijver: Prosper van Langendonck
Inzender: adm, 15 februari 2019


Geplaatst in de categorie: verdriet

2.0 met 10 stemmen aantal keer bekeken 1.534

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)