Raadgeving
Minnaars! wilt ge uit vrijen gaan,
Trek uw stoutste schoenen aan,
Schud uw kindse bloheid uit,
Maak van uw meestresse uw' buit,
Neemt het kusje vóór gij 't vraagt:
Nimmer wint hij, die niet waagt.
't Vrouwenhart blijft koel en wreed
Voor ons zuchten en ons leed;
't Spot wat met der blode hoop,
't Is voor tranen niet te koop,
Maar aan hem, die 't stout bestrijdt,
Onderwerpt het zich altijd.
Overvallen wij met kracht
Dan dat listig zwak geslacht;
't Houdt zich moedig, zijn wij laf,
't Is blohartig, zijn wij straf.
Geven wij dan nooit, te onwijs,
Onze macht aan haar ten prijs.
Waapnen we ons zo als 't behoort,
Trekken wij met stoutheid voort,
Tonen we ons gerecht gezag,
Leevren wij de schone slag.
Doen wij háár de kluisters aan,
Eer ze onszélv' in kluisters slaan.
Inzender: Joanan Rutgers, 12 juni 2010
Geplaatst in de categorie: vrouwen