inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1798 - 1860

poëzie (nr. 1.605):

De traan

De traan, die opbruist naar onze ogen,
In liefde en vriendschap, vreugde en smart,
Die is de ware tolk van 't hart!
Wie door een mond ooit werd bedrogen,
Die een geveinsde glimlach plooit,
Een traan!..... een traan misleidde nooit!

De traan, naar boven opgedreven
Bij 't heimlijk slaken van een zucht,
Geeft de geperste boezem lucht!
Men ziet hem als een nevel zweven:
Maar door die nevel speelt de gloed
Van 't weder ademend gemoed!

De traan van 't smeltend mededogen,
Dat in des naasten lijden lijdt,
En hem eens broeders zorgen wijdt,
Verkondigt in de glinstrende ogen
De Godlijke afkomst onzer ziel,
Hoe diep zij van zich zelf verviel!

De traan des zeemans, die gevaren,
Noch 't naderende doodsuur vreest,
Is 't afscheidsteken van de geest
Aan vrouw en kind, wanneer de baren
Van d' opgeruide Oceaan
Het dobbrend schip verzwelgen gaan!

Waar Roemzucht, wederzijds ontstoken,
D' onmenselijke kampstrijd mengt,
Ook daar wordt vaak een traan geplengd!
En 't recht der mensheid is gewroken,
Wanneer hij 's winnaars oog ontvloeit,
En 't vijandlijke lijk besproeit!

Of, als wij 't dierbaar oord begeven,
Dat onze eerste kinderlach,
Dat onze eerste bloeitijd zag,
Om dieper in te treên in 't leven;
Dan staren wij 't weemoedig aan,
En 't droef Vaarwel spreekt door een traan!

Maar gij, vooral, gevoel van liefde!
Uw alveroverende tocht
Wekt stromen van dit balsemvocht!
Voor wie uw gloênde pijl doorgriefde
Zijn tranen wellust van het hart,
In liefdes vreugd, in liefdes smart!

Ook wie de geestdrift heeft bevangen,
Die 't moedig hart, waarin zij blaakt,
Tot aller harten meester maakt,
Die verft een gloeiend rood de wangen,
Die wemelt in het oog een traan,
Die meer dan woorden doet verstaan.

Wie eerbied ooit de ziel vervulde
In 't brandend tijdperk van de jeugd,
Voor mannenmoed, voor mannendeugd;
De traan is 's harten eêlste hulde,
En die de nagedachtenis
Van grote namen waardig is!

Zo wekken Cesars lauwerkronen,
Zo Alexanders fiere moed,
Zo Maurits grootheid, waard zijn bloed,
Diep uit het hart der heldenzonen
Een traan op, die voor 't oog verraadt
Van welk een zucht de boezem slaat!

Het marmer is een koude hulde!
Mijn vrienden! welle een enkle drop
Uit uw gevoel'ge harten op,
(Is slechts de geest die mij vervulde
Zo liefelijk een hulde waard)
Wanneer 'k zal rusten onder de aard!

Da Costa's kompleete dichtwerken (1861)

Schrijver: Isaac da Costa
Inzender: adm, 7 maart 2011


Geplaatst in de categorie: emoties

3.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 2.739

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)