Familiedag
Van heinde en verre komt de sippe saâm,
Een dag per jaar, om met elkander te eten,
En op te rakelen wat werd vergeten:
Der vaadren veten en hun eigen faam.
Zij smullen lang van 't hartig nagerecht
En lasteren met argloos om zich schouwen.
Bij veel betuigingen van vol vertrouwen
Wordt ieder op zijn beurt verklaard voor slecht.
In de gemeente geur van eau de cologne,
Achter de zware rook van baaitabak,
Tast men naar 't oude zeer en 't nieuwe zwak,
En onvoorziens voelt men zichzelf geschonden.
Dan schrikt misschien uit heur gezelligheid
Van geestlijk keuren bij geestrijke dranken
Een vrouw, en zegt kordaat: we moesten danken!
En zoekt al naar een kwartje voor de meid.
Tussen ploeg en sikkel (1936)
Schrijver: Willem de MerodeInzender: adm, 4 september 2013
Geplaatst in de categorie: familie