inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1830-1899

poëzie (nr. 2.258):

Gebenedijd zijt gij

Gebenedijd zijt gij
en onder al de vrouwen,
't zij wie of waar dat 't zij,
eerbiedig aan te schouwen;

o Moeder Maagd,
die Jesus draagt:
eerbiedig aan te schouwen!

Gebenedijd zijt gij,
voor eeuwen uitverkoren,
gij Moeder, ook van mij,
daar God is uit geboren;

o Moeder Maagd
die Jesus draagt:
daar God is uit geboren.

Gebenedijd zijt gij,
en zalig zal 't u nomen,
dat is, van verre en bij,
uit Adam eens gekomen;

o Moeder Maagd
die Jesus draagt,
uit Adam eens gekomen!

Gebenedijd zijt gij:
naast u en is er gene
van zonde en schulden vrij,
o onbevlekte allene;

o Moeder Maagd,
die Jesus draagt:
o onbevlekte, allene!

Gebenedijd zijt gij
en boven u geprezen
moet God alleen, moet Hij,
de vrucht uws lichaams, wezen,

o Moeder Maagd,
die Jesus draagt:
de vrucht uws lichaams, wezen.

Gebenedijd zijt gij,
o, toevlucht van ons allen,
in zonde en slavernij
en laat ons niet hervallen,

o Moeder Maagd,
die Jesus draagt:
en laat ons niet hervallen!

Gebenedijd zijt gij:
de dood komt aangedreven,
o, Moeder, maak ons blij,
na dit, in 't ander leven!

o Moeder Maagd,
die Jesus draagt:
na dit, in 't ander leven!


1884-85

Schrijver: Guido Gezelle
Inzender: Redactie, 8 december 2013


Geplaatst in de categorie: religie

4.0 met 5 stemmen aantal keer bekeken 1.875

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)