Afgoderij.
Hoe buigt zich, met verdwaald gebaar,
D' Afgoderij voor 't blind Altaar!
Hoe zwaait ze wierookvieren,
Wier stank de ware God verveelt,
Terwijl men zijne glorie steelt,
En schenkt aan stomme dieren!
Zo doolt men zeker al te wijd.
Dees godvergeten dolheid smijt
De wet uit Mozes' handen.
Ontzinde mensen, laat u raên:
Gij stookt de helse vlammen aan
Met heilloos offerbranden.
Gedichten, deel 3 (1735)
Schrijver: Hubert PootInzender: Redactie, 8 juli 2014
Geplaatst in de categorie: religie