In een vriendenrol
1823
-
Elk zoekt Geluk; maar talloos zijn de paden,
Waarlangs wij zoekend grafwaarts gaan.
De zucht naar Goud, naar Weeld', naar Macht, naar Lauwerbladen,
Kiest onderscheiden baan.
Op ónze weg zweeft, lokkend, voor ons henen
Der Kunsten en der Muzen Koor.
Met ons kwam Liefde zich, als tochtgenoot, verenen -
Houdt Vriendschap 't eigen spoor.
In milde glans ontluikt voor onze treden
Een bloei, des nijvre plukkers waard,
Wiens oog niet, afgedwaald, voorbij 't Genoeg van Heden
Op 't Veel van Morgen staart.
Dat zó - mijn Vriend! - dat zó ons heil moog' duren!
Dat ons erkentlijk offer geur';
Tot eens de jongste koom' van de ons bescheiden Uren'
En de aardse voorhang scheur'!
Inzender: Redactie, 19 april 2019
Geplaatst in de categorie: vriendschap