inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1861 - 1933

poëzie (nr. 3.176):

REIZEN

Ligt aan de tint des gronds verscheiden verve,
Hangt aan het licht der zon verscheiden aard
Der mensen? Dán, o laat mij, laat mij zwerven,
O laat mij dolen, dolen Oost-, West-waart.

Hoe zoude ik in dit eenzaam kluisken derven.
Kennis dier allen, die in weelde-gaard'
Of woestenij van stad of zand-zee erven
Des levens vonk, uw gave, o Moeder Aard',

Uw gave, o Vader Zon. 0 laat mij drinken
De blik van ogen, zwart, bruin, hemels-blauw,
O laat mij diep in kelk van stem wegzinken,
Daar pure ziel als bie puurt honig-dauw...

Ach, oov'ral beedlaar zijn, slechts gaven gaeren?
Geen stem doen helder zijn, geen smart-blik klaren?

15 maart 1919

Schrijver: Hein Boeken
Inzender: Redactie, 17 mei 2017


Geplaatst in de categorie: reizen

3.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 519

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)