't Ontbijt des vogels.
't Ontbijt des vogels.
‘Vogeltje, met grauwe veer,
Ben-je nu reeds in de weer,
Met uw zoete tong?
Fluitertje, wat zing-je daar
Zo vroegtijdig hups en klaar,
Bij zo menig sprong?
‘Kleine, die zo aardig praat,
En zo stil te luistren staat,
En op alles let,
'k Heb ontbeten, al is 't vroeg;
Daarom zing ik nooit genoeg:
Zang is ook gebed.’
‘Nachtegaaltje, goede buur,
Wat toch vind-je in 't morgenuur
Tot ontbijt zo gauw?’
‘Wat ik vinde, jongen lief?
Wel, een korrel, mijn gerief,
En op blaadren, dauw.’
Inzender: Redactie, 9 augustus 2010
Geplaatst in de categorie: dieren