Genummerde bomen
'k Liep alleen door het woud,
En te midden van 't hout
Zag ik enkele genummerde bomen.
't Was een merk, dat ze alras zouden worden geveld.
'k Zag de houthakker, die door de heer was besteld,
Met zijn bijlen en zagen al komen.
Ik stond stil en ik dacht:
Van het menselijk geslacht
Zijn zo telkens ook enkele uit allen
Door een merk, waar de Dood zijn gangen naar wendt,
Als genummerd, al is 't bij henzelve niet bekend,
En bestemd om het eerste te vallen.
En ik dacht: Kom! met spoed
Nog gedaan, wat ik moet,
Want licht ben ik reeds ook zo genommerd.
En al bleek, dat dit teken nog niet stond op mij,
En al liep jaren lang nog de Dood mij voorbij,
'k Had toch niet zonder winst mij bekommerd.
Rust een weinig (1891)
Schrijver: E. LaurillardInzender: adm, 21 juni 2013
Geplaatst in de categorie: moraal
Pure herkenning voor mij; ofschoon dit gedicht
geschreven is, alvorens ik bestond.
Lopen door een woud met bomen... mooi symbolisch
geschreven!