't Is lang geleden (19)
En 'k las van Titurel en Parcival. -
Nog dreven om de toppen nevelvlokken;
Voor heil'ge tocht hoorde ik de kloosterklokken
Hun vroomheid sprenk'len door nog duister dal;
Ik zag, hoe flikkerende pantsers trokken
De helling af, zilveren waterval,
En, lange rivier van choraalgeschal,
Golvende pijen achter pelgrimsstokken;
Banieren zag 'k bergop, schokkende, klimmen,
De kop vooruit, en goud en zilver glimmen
In verre tweespraak met nog lage zon:
Schuivend langs achtergrond van blauwe pijnen,
Naar 't oosten zag 'k, in 't oosten hen verdwijnen
In morgennevel op de horizon.
Nagelaten Gedichten
Schrijver: J.A. dèr MouwInzender: JM, 16 augustus 2003
Geplaatst in de categorie: tijd