inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1865-1925

poëzie (nr. 4.154):

Ballade

Alleen ben ik en zoek alleen te wezen,
Alleen ben ik en van mijn lief verlaten,
Alleen ben ik; wie die mijn heer mag wezen?
Alleen ben ik, dan bitter, dan gelaten,
Alleen ben ik en schuw mijn kwijnend leven,
Alleen ben ik, verdoolde uitermaten,
Alleen ben ik en zonder vriend gebleven.

Alleen ben ik ter venstere, ter deure,
Alleen ben ik, in eenen hoek gedoken,
Alleen ben ik, om op te gaan in treuren,
Alleen ben ik, stil weg of uitgebroken,
Alleen ben ik, het is mij wèl gegeven,
Alleen ben ik in mijn vertrek beloken,
Alleen ben ik en zonder vriend gebleven.

Alleen ben ik, waar of ik ook mag wezen,
Alleen ben ik in alles en altoos,
Alleen ben ik meer dan een ander wezen,
Alleen ben ik, verdrukt meedogenloos,
Alleen ben ik en van een elk begeven,
Alleen ben ik en soms gans troosteloos,
Alleen ben ik en zonder vriend gebleven.

Prins, nu is wel mijn droefheid aangeheven,
Alleen ben ik, met elke rouw te duchten,
Alleen ben ik, zwarter dan moerbeivruchten,
Alleen ben ik en zonder vriend gebleven.

Vertaling van 'Seulete suy et seulete vueil estre' door Christine de Pizan (1364-1430)

Schrijver: J.H. Leopold
Inzender: Redactie, 27 januari 2021


Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

2.0 met 7 stemmen aantal keer bekeken 2.115

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)