Bij de kerk
poëzie
3.4 met 23 stemmen
5.494 De mensen zijn naar de kerk -
De landen liggen alleen,
Ik voel mij zo licht, zo sterk,
Zo over de velden heen!
Daarboven mij drijft een wolk
In de blauwe morgenlucht,
Beneê gaat het vlindervolk
In een wapperende vlucht,
De mensen zijn naar de kerk -
Wat is de morgen weer rijk!
Ik denk aan een heel mooi werk:
Een Maria van Van Eyck.…
RIETPLUKKEN
poëzie
3.0 met 9 stemmen
3.693 Wij moesten riet gaan plukken,
Lang riet waar wind in ritselt,
Waarvan men manden vlecht,
En mochten in een boot
’t Vijfvoudig meer bevaren,
Bereikten ’t eiland lang voor noen.
Wij lagen ’s avonds nog in ’t gras,
En hadden niet één handvol riet
Geplukt om mee naar huis te gaan.…
Toren van Babel
poëzie
3.6 met 15 stemmen
5.272 Ik zat op school en kreeg weer te horen
Dat de toren van Babel
als een ton
in duigen had moeten vallen
omdat de menselijke ziel
van de ene hoogmoed in de andere viel
‘en hoogmoed komt voor de val—’;
zij had haar grenzen niet willen bewaren,
zij had niet kunnen verkroppen
dat de toppen des heuvels onbereikbaar waren,
zij had Gods…
De gerichte wil
poëzie
4.0 met 8 stemmen
2.220 Wanneer ik stierf en zij die mij beminden
Rondom mijn baar staan en de een d'andre vraagt:
Wat had ge lief in hem: zijn menslijkheid,
Zijn dichterlijke gaaf, zijn trouw aan vrinden,
De zachtheid van een kracht die draagt en schraagt,
Of de onafhanklijkheid van zijn beleid, -
Dan hoop ik dat een zeggen zal:…
MALHEUR
poëzie
3.7 met 20 stemmen
3.783 Warme walmstal
de heer privaatdocent K.
in de zomerfriste uit Breslau
probeert of hij bij middel van een convergerend glas
zijn sigaar Uebersee Bismarck kan aansteken
Op 2 meter van de bergtop verwijderd
valt zijn hoge hoed in de afgrond
een waardevol kledingstuk voor een privaatdocent onmisbaar
wat de heer K. begrijpt
hij probeert te vatten…
Het Onze Vader
poëzie
3.0 met 30 stemmen
2.821 Onuitspreeklijk Opperwezen,
Die voor ons een Vader zijt!
U zij eeuwig lof gewijd,
Eeuwig worde Uw naam geprezen!
Al wat leeft valle U te voet,
Driemaal heilig, driemaal goed!
Kome Uw rijk, o grote Koning!
En geschiede Uw wil alom,
Boven in Uw Heiligdom,
Hier in aller mensen woning,
Tot dit aardse schaduwdal
Als Uw Hemel worden…
Altijd en overal
poëzie
3.5 met 2 stemmen
905 Schoon Lief, ik voel u overal:
In dorrer vlakten zengend branden,
In stille koelte zilter stranden,
Op hoge alp of diep in 't dal;
Ik hoor u in des bergstrooms val,
Die klatert langs de rotsge wanden,
In 't ruisen door de lage landen
Van brede vliet of beken smal.
Gij zijt de gloeinde dadenlust
Des Morgens en de koele rust…
Ik weet niet waar ik sterven zal
poëzie
4.2 met 28 stemmen
8.239 Ik weet niet waar ik sterven zal.
Ik heb de grote zee gezien aan de Zuidkust, toen ik daar was
met mijn vader om zout te maken.
Als ik sterf op de zee, en men werpt mijn lichaam in het diepe
water, zullen er haaien komen.
Ze zullen rondzwemmen om mijn lijk, en vragen: 'wie van
ons zal het lichaam verslinden, dat daar daalt in het water?'…
NACHTBLOESEMS V
poëzie
3.9 met 22 stemmen
5.431 NARCIS
Aan de boord ener beke
Zie ik leliën dromend staan,
Wijl golfjes om haar stengels
Schuimend gaan.
Een rei als van nymfen,
Die zich beuren uit de beek,
Een rei als van sneeuwwitte bruidjes
Zo kuis, zo bleek.
En in heur midden heft zich
Een enkele narcis,…
Gemakklijk lig ik in mijn leuningstoel
poëzie
3.8 met 6 stemmen
2.322 Gemakk'lijk lig ik in mijn leuningstoel
naast 't rode pluche van zonnig tafelkleed;
Plancks quantenleer zou 'k lezen, maar 'k vergeet
van mijn hier-zijn 't hoogst wetenschpp'lijk doel:
want 'k zie een tulpenveld, vol gekrioel
van lichte en donkre vlammen; eer ik 't weet,
silhouetteert mijn hand een haas, die eet
met mumm'lend mondje…
PERELS
poëzie
3.7 met 11 stemmen
3.771 Nog eer de blâren schieten,
in ’t hofbeluik,
hoe geren zie ’k uw sprieten,
o perenstruik;
hoe geren zie ’k uw takken,
vol blommen staan,
vol perels, al in pakken
eer ze opengaan!
En mochte ik maar, zo even,
door Gods beschik,
u, perentakken geven
nen tovertik;
’t en zou geen pere krommen
uw hout, voortaan:
veel liever zie ’k de blommen…
De liefste last
poëzie
3.2 met 6 stemmen
1.555 Aan ene jonge moeder met haar lieveling op de arm.
Wil hij u te ontworstlen trachten -
't Springertje in zijn tweede jaar?
Vrouw, de jongen wordt te zwaar
Voor uw luttle lichaamskrachten.
Dansend op de moederarm,
Moet ge 'm torsen en bespieën;
Op en neer van moeders knieën....
Maakt hij u niet moe en warm?
Schoon ge uw antwoord niet…
Zeg het maar
poëzie
4.0 met 1 stemmen
757 Zeg het maar,
dat ik te dom ben om met je te praten,
dat je me liever naar huis zou laten;
thuis bij het aanrecht en thuis bij de wieg.
Zeg het maar, dat ik niet lieg,
je wist dat het komen zou, vroeger of later.…
En de ontlokene, de rozen . . .
poëzie
3.6 met 17 stemmen
3.282 – En de ontlokene, de rozen,
waar zijn de rode rozen, waar?
triomf en lof en opperst blozen
van het voldongen zomerjaar.
Een levenstoppunt uitverkozen
van voorrecht is hun toegestaan
en op hen ligt het sprakeloze
van hoogste invervullinggaan.
Maar ook, hoe is in dit ontplooien
een nadere erkentenis bereid:
verwelken wordend uit voltooien…
DE WAARHEID
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.059 De waarheid is een brood slechts goed voor scherpe tanden;
Een spijs, die aan de dis liefst elk voorbij laat gaan;
Een boek, dat menig slechts gedwongen neemt in handen;
Een bruid, waar naast geen mens als bruigom graag wil staan.…
Naar huis
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.125 Zoet gevoel naar 't lieve thuis te stomen,
En, al naderende, u om niets bekreund
Dan te zien of ge, uit 't portier geleund,
't Dak ziet schemeren achter lindebomen!
Of de buren reeds te voorschijn komen?
Of door 't rijden, waar de straat van dreunt,
In de muren, door het dak gesteund,
Spleet en barsten niet zijn toegenomen?
Maar…
DE zon. De wereld is goud en geel
poëzie
3.7 met 23 stemmen
4.324 DE zon. De wereld is goud en geel
en alle zonnestralen komen heel
de stille lucht door als engelen.
Haar voetjes hangen te bengelen,
meisjesmondjes blazen gouden fluitjes,
gelipte mondjes lachen goudgeluidjes,
lachmuntjes kletterend op dit marmer,
ik zit en warm m' er.
Kijk ze nu lopen wendend om me heen,
't lijkt wel een herfst…
HET WERK
poëzie
3.8 met 4 stemmen
1.367 Bij dag buig ik gewillig en strijk loon
mijn zwarte hand gedurig in zijn arbeid,
mijn zwarte kop nijgt onder 's meesters hoon
en krimpt; en lacht; en doet naar hem gezeid.
Maar 's avonds op mijn kamer in 't gouden lampelicht
maak ik gedichten zangerig en zacht
en zie niet, dat terwijl heel knokerig en spicht
op hoeken van mijn tafel een…
Dat Jaar.
poëzie
4.0 met 1 stemmen
1.577 Dat jaar, dat onvergeetlijke
Kan nimmer keren,
Dat gaf de ziel haar zo onmeetlijke
Vreugd na begeren...
Kus mij nog eens, geef 't onuitspreeklijke
In één Vaarwel...
Dan breke, wat scheen 't onverbreeklijke,
... En 't breke snel.…
De vermoeide tot zijn bibliotheek
poëzie
4.0 met 18 stemmen
5.384 Havens van schoonheid, woonplaatsen der wijzen,
Eenzame baaien, steden dichtbevolkt,
Zonnewoestijnen, poolland zwaar onbewolkt,
Hoogvlakte en diepzee, doel van jeugd en grijzen,
Heelal door mensenhand moeizaam gemaakt,
Chaos, geordend en tezaam gebonden,
Naar wetten, overtreden en geschonden,
Geheel en deel der schepping nooit gestaakt,…