De glimlach
poëzie
3.5 met 30 stemmen
4.914 Het was een avond op de heide
En de ganse hei was leeg,
En de dichte witte hemel,
En de heide, en 'k zelve zweeg.
Langs de wolken en de vlakte
Ging de eenzame avondwind,
En de heide, en de hemel,
En mijn eigen hart was blind.
Toen ging plots de hemel open -
En een kleine plek van zon
Dreef de wijde heide over,
Als een dof-goud…
Kennis en wijsheid
poëzie
5.0 met 2 stemmen
2.427 't Is Naarstigheid, die vroege Kennis gaart;
Ervaring is 't, die spade Wijsheid baart.…
LIEDEKEN
poëzie
3.0 met 11 stemmen
3.090 [Stemme:
Nu spreid uw kapje nedere,
Het is zo mooie wedere etc.]
Mocht ik verwerven hetgeen ik wou,
Of zo ’t naar wense gevil,
Ik kreeg een schone wijze Vrouw,
Maar hoewel dat ik niet en trouw,
’t Schort mij niet aan de wil.
De angst die in ’t verkiezen leit,
Bezwaart mijn hart zo zeer,
Dat mijn arme genegenheid
zeer zelden ziet gelegenheid…
Geluk
poëzie
4.0 met 18 stemmen
3.728 Dit is geluk:
Dit is de vreugde die langer duurt
Dan de eigen dag, dan overnacht;
De vreugde die groeit in dromen onbedacht
En, voor de zon de witte morgen vuurt,
Om roereloze slaper wacht
In al der aardedingen donkere pracht;
Dit is de vreugde die zich niet meer bezint:
O onverwonderd wonder, heilige macht
Van 't dagelijks herboren kind…
AAN EEN SCHRIJFPEN
poëzie
3.7 met 9 stemmen
2.719 Smaak, o mijn hart, meld, o mijn pen,
de waarheid en de trouw des Heilands, Wiens ik ben!…
Misschien
poëzie
3.7 met 14 stemmen
2.634 Soms kijk ik uit mijn leven op,
Of iets voorbij mij gaat -
Of ook mijn harde boerenkop
Iets heerlijks overslaat.
't Kon zijn! - een mens, een vrouw, een vriend -
Een parel, of zo iets, -
Iets dat ik eig'lijk had verdiend -
En toch - ik weet toch niets.
Nee, gaat mijn leven iets voorbij,
Dat 'k zelf niet goed kan zien -
Dan is 't voor andre…
Ik denk altoos aan U...
poëzie
3.7 met 26 stemmen
3.734 Ik denk altoos aan u, als aan die dromen,
Waarin een ganse lange, zalige nacht,
Een nooit gezien gelaat ons tegenlacht,
Zo onuitspreeklijk lief, dat bij het domen
Des bleke ochtend, nog de tranen stromen
Uit halfgelokene ogen, tot we ons zacht
En zwijgend heffen met de stille klacht,
Dat schone dromen niet weerrommekomen...
Want àlles ligt…
VOORSPELLINGEN IN 1811
poëzie
3.2 met 16 stemmen
3.140 Ach de dagen
Onze plagen
Lieve broeders gaan voorbij
Uit dit duister
Rijst de luister
Van een nieuwe heerschappij
Wat verschijne
Wat verdwijne
't Hangt niet aan een los geval
In 't verleden
Ligt het heden
In het nu wat worden zal.
Ja zij zullen
Zich vervullen
Deze tijden van geluk
Dees ellenden
Gaan volenden
en verpletterd wordt…
De Hond
poëzie
3.6 met 21 stemmen
3.046 Een hond is vermaard
Om zijn gezellige aard
En 't kwispelen van zijn staart.
Zijn neus, doorgaans rond,
staat gewoonlijk in 't front,
En zo lang die maar nat en fris is,
Is 't een bewijs, dat meneer zo gezond als een vis is.
Een hond is iemand, die van zijn baas bijzonder veel houdt,
Die hij, om zo te spreken, als zijn derde vader beschouwt…
Avond
poëzie
4.1 met 21 stemmen
3.377 Nauw zichtbaar wiegen op een lichte zucht
de witte bloesems in de scheemring. Ziet,
hoe langs mijn venster nog, met ras gerucht,
een enkele al te late vogel vliedt.
En ver, daar ginds, die zachtgekleurde lucht
als perlemoer, waar ied're tint vervliet
in teêrheid... Rust. Oh, wondervreemd genucht!
Want alles is bij dag zó innig niet.
Alle…
Ommekeer
poëzie
2.9 met 7 stemmen
2.681 Door al wat leeft gevoelde ik mij verlaten
En nergens was ik en met niets tevreden;
Elk haatte mij, zo meende ik, zonder reden:
Ik leed en kon de lieve haat niet haten.
'k Verlangde en wist niet wat; ik heb gebeden;
'k Zag al wat slecht was, vond natuur verwaten*
En ijdel 't leven; wie een lach bezaten
der domheid kroost, die ketterleer…
B E D E
poëzie
3.2 met 16 stemmen
3.529 O Vader der Lichten! ik roep om genade,
uit mij stikdonkre zielenood!
Gij, slaat Ge in zijn vallen het muske nog gade,
o! weer van mij de zondaarsdood!
Gij regelt de loop van de dolende starren, —
Gij kunt uit hun krijg de elementen ontwarren, —
Uw sterrenmantel dekt het Al!
O! wil mij, bij ’t stilstaan weldra van mijn leven,
mijn daden, mijn…
Besluit
poëzie
3.4 met 11 stemmen
2.474 En honderdmaal verklaarde ik mij, doch, neen,
Zij hoorde 't honderd malen niet, want ogen
Verstaan de taal, die zwijgend spreekt, alleen....
En ach! haar ogenlach bekroont mijn pogen!
Bij haar werd droefenis en lijden logen;
Mijn mond moet dus bekennen, wat ik meen:
't Is, dat ik mij, toen me oog en lach bewogen,
Als een, die doet, hetgeen…
'T KRUISKE
poëzie
3.9 met 22 stemmen
6.786 't Eerste dat mij moeder vragen
leerde, in lang verleden dagen, als ik hakkelde, ongeriefd*
nog van woorden, 't was, te gader*
bei mijn handjes doende: "Vader,
geef me een kruiske, als 't u belieft!"
'k Heb een kruiske dan gekregen,
menig keer, en wierd geslegen*
op mijn kake, zacht en zoet...
Ach, ge zijt mij, bei te gader,
afgestorven…
SPROKKEL-ZOMER
poëzie
4.0 met 15 stemmen
2.188 Als een wolk van zalige ogen,
Uit het land waar 't eeuwig zomert
Opgevangen in de teerheid
Van matzilvren spiegels, hangt het
Wonder van de goude middag
Over winterzee en -stranden,
Aureool van weinige uren
Om de lichtheid onzer ogen...
Die de dalen uwer stilten
Bedt temidden van de stormen,
Die de schrijnen uwer heemlen
Boven…
Der mensen hoogste smart is wonderbaar
poëzie
3.8 met 12 stemmen
2.523 Der mensen hoogste smart is wonderbaar.
Zonder gelach,
zonder geween,
lig ik gestrekt,
beweegloos gestrekt,
starend en stom,
in de nacht.
Paarden-getrappel en wagen-gedraaf,
donkere vormen bewegen zich zacht
in de donkere nacht...
donkere vormen, zonder gerucht,
en ik zucht...
Paarden-getrappel en wagen-gedraaf,
paarden en wagen draven…
Avondgebed
poëzie
3.7 met 18 stemmen
4.087 De nacht de moeder van de rust
des hemels grote fakkel blust,
Van arbeid zijn de leden moe,
de sluimer drukt de ogen toe.
O, Hoeder groot van Israel
wees ons een trouwe nachtgezel,
en wakker om ons henen ziet,
zo vrezen wij de vijand niet.
Gij hebt al wat op aarde is
begraven in de duisternis,
begraaf ook onze zonden boos
in Uw genade…
Wel menigmaal zei de melkboer
poëzie
4.2 met 24 stemmen
7.017 Wel menigmaal zei de melkboer
des morgens tot haar meid:
'De stoep is weer nat'. Och, hij wist niet,
dat er 's nachts op die stoep was geschreid.
Nu, dat hij en de meid het niet wisten,
dat was minder; - maar dat ZIJ
er hoegenaamd niets van vermoedde.
Dat was wel hard voor mij.…
DE BARRE ROTS
poëzie
3.8 met 20 stemmen
3.620 Met het hoofd in de wolken,
de voet in de kolken,
staat bij golvengeklots
naakt en eenzaam de rots
Tevergeefs op zijn toppen
zijgen morgendaauwdroppen!
Tevergeefs ziet de maan
lieflijk starend hem aan!
En geen zomerluchtzwoelte
en geen avondwindkoelte
vermag iets op de aard
van het ijskoud gevaart’
waar zich bloemen noch bladen mosgroen…
DE BESTE VRIEND.
poëzie
3.8 met 26 stemmen
4.284 De beste Vriend is wel daarboven!
Op aarde zijn de vrienden raar*.
En, in ons menslijk woelen, sloven,
Loopt trouw en waarheid veel gevaar.
Dies blijft het bij de spreuk, mijn kind:
De Heiland is de beste Vrind.
Bij mensen is het vloed en ebbe;
De Heiland staat gelijk een rots.
En schoon ik duizend feilen hebbe,
Hij laat daarom mijn hand…