Netgedichten

netgedicht (nr. 63.011):

Holland's Nadir (Les Murrays)

Wat matrozen rond een duikboot
Gestrand in Sidney haven
Op het einde van de oorlog
Lieten ons hun naar smeerolie riekende
Slingerverlichte gangpad zien
Waar zich stapelbedden bevonden
Tussen ingevette machinerie

Wisten wij veel
Dat ze met ons kleingeld sigaren konden kopen enzo
Voor wat er afkalvend restte van Holland's glorie;
Vreemde uniformen, een paar vliegtuigen
En geredde onderzeeërs
Patrouillerend vanuit Freemantle

Hun land werd nog steeds bezet
In Indonesië waren ze door de Jappen
Onverbiddelijk tuk genomen
Zwart noemden ze van oudsher hun slaven
En hun koningshuis zat gedwongen
In ballingschap in Londen

Een grote mond hebben was er niet meer bij
Behalve nog wat torpedos afvuren
En de keelkkanken van hun halve Amerikaans

Met ons eigen accent gingen we weer op huis aan
"Huis" en alles waar dat woord op sloeg
In die tijd van herboren naties

Die mijn tijd was