inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 12.309):

Boom van een vent

Z'n oog valt op een kever in het gras
en weet de oude wagen zelfs te pletten.
Hij hoeft geen grote ogen op te zetten:
die heeft-ie al. Z'n rechter is van glas.

Door lange armen hoeft-ie niet naar buiten
om aan te bellen bij z'n overbuur.
De kerel heeft van wege zijn postuur
een beddenlaken om z'n neus te snuiten.

Z'n sterke arm heet straatarm naar men zegt.
Elk neusgat is een gokhol; daarmee ruikt
hij voedsel, maar als eetstok wordt gebruikt
een laadboom voor 't Japanse rijstgerecht.

Z'n echtgenote is eraan gewend
en denkt: 'Gelukkig is-ie impotent.'

Schrijver: Aubrey, 1 september 2006


Geplaatst in de categorie: lightverse

3.0 met 4 stemmen aantal keer bekeken 317

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)