inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 16.669):

Schuilevink

Zij slaakte kreten, hief haar kleine armen:
het hemellichaam hing weer klaar te pronk.
Geen glimlach van een ongehoord erbarmen,
een oor was het dat mij hier tegenblonk.

Een rechteroor, zei ik, en dat het slonk,
het oor van Schuilevink, maar huilt een kind,
hoe zachtjes dat ook in een hoekje klonk,
dan vond het absoluut gehoor bij deze vrind.

Wij waren samen stralend eensgezind
en als de dood zo stil het laatst kwartier.
Wij wisten ons een poosje echt bemind,
de deur van lood stond even op een kier.

Beneden werd weer doodgemoedereerd
zuster maan door broeder zon beheerd.

Schrijver: Abel Staring, 24 juli 2007


Geplaatst in de categorie: liefde

1.0 met 9 stemmen aantal keer bekeken 435

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)