Alcolollig muziekcafé
De klinkkroeg ging open.
Het klonk er bezopen.
Het dweilorkest ging zich te buiten
aan toeters en bellen,
(ondoenlijk te tellen)
aan drankorgelpijpjes en fluiten.
Cognacbellen hoorde
men rinkelen door de
consumptie die niet was te stuiten.
Klaarblijkelijk werd
het geen koffieconcert,
immer alcohol vulde de maag.
Van blaastesten wisten
champagnefluitisten
geen moer, ook al bliezen ze graag.
Muziekstukken schonken
genot. Men werd dronken
en speelde een stuk in z'n kraag.
Geplaatst in de categorie: lightverse