de Weg

de Weg voelt zich hier verstaan:
een bloeiend park met vele gezichten
langs een door duizenden bomen omzoomd meer
een jubelende oase aan de randen van de woestenij

een felgroene sportschoen met zachte dempende zolen
direct onderzocht door een vlijtige zwarte tor

tussen afgezaagde logge boomstronken zindert het zalig
de zwoele zomer, insectengeluiden, wilde bloemen
drie grazende Schotse Hooglanders;
op deze oevers maken ze fier de dienst uit

als er geen kleine boten te water worden gelaten
nemen zwemmers een verkwikkend bad
drogen zich rustig af, liggen nog even, kleden zich aan

fietsen voldaan en verfrist terug naar de stad
sluiten thuis de verwende ogen, de bevredigde oren
luisteren vanbinnen naar de Weg
en wat die ze vandaag nobel toonde

zijn er luidruchtig stil van

Tao Zomer

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 75