Zwemmen (Mahler 3)
Ik drijf:
de Attersee rondom
is glad, blank
en donker
Ik drijf:
mijn oren aan
een doop ten onder
horen het gemompel
van de aarde.
Ik ruis
mij uit het water, luister:
wat dienen zich
hier ongevraagd
de prachtigste geluiden
aan.
Ik drijf in nijd:
Waarom vonkt er
uit het rondom
van zon en avond
bos en vogels
zoveel muziek
waar ik geen
vat op heb of
maat mee weet.
Ik denk dat
god gaat meten
met zijn maat
wanneer een spiegeling
weer uit zijn hemel valt:
als mensenblad
O Mensch
Gib Acht
Zie ook: https://tjootje.auteursblog.nl
Schrijver: Theo van de Wetering, 20 april 2007
Geplaatst in de categorie: muziek