inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 20.946):

Queetnie

Hij wist schier niets, maar wat wel, dat blijft hypothese.
Weet dan dat hij verlost is uit onwetendheid.
Queetnie stierf. Voorbij zijn geestelijke ascese,
die aanfloot tegen gans der mensheids waardigheid.

Mij floot hij ook aan en ik viel voor hem als dienaar
en vriend, was zuinig op hem, nam aldus mijn wraak
op ’t leven, dat voor mij te zuinig deed met vrienden.
En Queetnie wies uit tot mijn aard en levenstaak.

Ik koekte dus bij Queetnie aan gelijk een kwezel.
In ‘kwezel’ zit ook ‘ezel’ – ik heb het bezuurd.
Ik doolde maar mij werd door hem geen weg gewezen.
Niets weten, daaruit bestond zijn infrastructuur.

Het schizofreende tot een duivelse komedie,
mijn leven. Ik was Queetnie’s maat en slaaf en meid.
Hij zag mij als zijn vloerkleed, vloeiblad en remedie.
Maar eeuwig ‘kweetnie’ wekt moordlust en levensspijt.

Gelukkig: Queetnie deed een doodnormale dood,
een die natuurlijk bleek. Hij heeft er van geweten
noch mij tot netelige handgrepen genood.
Zijn queeste van het ‘weet ik veel’ is thans geleden.

Op naar de verre velden vol vergeet-mij-nietjes.
Wat rest van Queetnie wordt er in de grond gestopt,
op een speciaal perceel – er staan daar weet-ik-nietjes.
De zerken halen er gestaag hun schouders op.


Zie ook: http://www.daidallein.nl

Schrijver: Leo van der Sterren, 7 juni 2008


Geplaatst in de categorie: spijt

4.0 met 8 stemmen aantal keer bekeken 1.028

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)