Avondrood
Aanwezig bij een graf alweer
van iemand die is heengegaan.
Een droefenis, ook deze keer
onder treurenden te staan.
Bij het afscheid van de kist
nog door het glas gekeken
naar iemand die is weggegrist,
het deed mijn huid verbleken.
Want wie een ander ooit begraaft,
staat oog in oog met eigen dood;
in rouwkleding snel opgedraafd,
verschijnt het laatste avondrood.
Terwijl ik naar beneden tuur
naar het hout dat dieper daalt,
voorvoel ik al mijn laatste uur
dat hier eens wordt herhaald.
En mocht ik ooit door deze laan
gedragen worden in een stoet,
blijf dan niet bij de afgrond staan,
dat doet een mens geen goed.
Maar koester een gedachtegang
omtrent de ziel die is bevrijd
en meedeint tot in eeuwigheid
op engelengezang.
En zing dan mee, zij het beneden,
een eigen, diepste lied -
en weet dat God je altijd ziet
als nimmer overleden.
Geplaatst in de categorie: overlijden