Hoge nood
Ik was met mijn vrouw in de stad aan het winkelen,
Toen werd ik bezocht door de drang om te pinkelen.
Ik keek naar een bordje met opschrift ‘toilet’,
Helaas was die plek populair en bezet.
Mijn vrouw was heel happy, ze past’ nog een truitje,
Het was zonneklaar, ze genoot van het uitje.
Toen dan toch tenslotte de kassa ging rinkelen,
Dacht ik opgelucht, zo, nu eerst maar eens pinkelen.
Ik wilde op huis aan, zij wilde nog verder,
Passeerde zodoende Maison Van den Herder.
Haar ogen begonnen heel vrolijk te twinkelen,
En vol schrik besefte ‘k: nog immer geen pinkelen.
‘Alleen even kijken, ik wil echt niks kopen,
Jij houdt het wel vol, toch? Ga jij maar wat lopen.’
Daar liep ik van nood en ellende te hinkelen,
En vreesde te knappen, als ik niet kon pinkelen.
Een uur of drie later, bang was ’t mij te moede,
Toen kwamen we thuis en kon ’k lozen de roede.
Dus, zorg, als uw vrouw weer met u wil gaan winkelen,
Uitvoerig voordien en afdoende te pinkelen.
18 mei 2020
Geplaatst in de categorie: lightverse
Uw vrouw winkel in winkel uit
almaar pralend
Telkens een uitverkoopjurk afbetalend
De wegen van keuzestress zijn immer dwalend
'Geen haar op mijn hoofd, zie me dan, 'k ben reeds kalend!'
Ten einde raad geeft pa maar toe,
nimmer dralend...