Van lood door leed
Na Pinksteren alsnog aan mij verschenen
Vermomd als duif op een rood pannendak
Verlaat en zonder zijn verzoeningstak
Zo zwaar als lood, er was een kind verdwenen
Het werd na dagen levenloos gevonden
Nabij een huis geblakerd na een brand
Een engel nam het zag ik bij de hand
Wees het op bloemen en vertrokken monden
Wees het op 't lijfje dat het had bewoond
Om het dan zachtjes met zich mee te voeren
Ver weg van kort bestaan en overmacht
De dader had de vindplaats aangetoond
De Heil'ge Geest, gevangen nog in koeren
Besefte- dit keer word ik niet herdacht
Geplaatst in de categorie: actualiteit