Nausea der Lapzwansen
We geven er allen aan toe, ja wij allen
Tussen de lapzwansen, simpele zielen
Krioelen wij hier als gezegd met z'n allen
Geen mens geen visserman kindeke jezus
Is opgestaan tegen dat veerlichte beest
Der licht blakend laaiende nondichtersgeest
Uitgezonderd een heldere geest
Doch die der dichters, die dochter der muze
- Te lang sinds mensheugenis weggeweest -
Heeft die in deze onheilzame tijden
Vakantie genomen, is geen die haar leest?
Als ik - wie ben ik (mark my words!) wie ben ik -
Met misbaar en -noegen de poetrybraaksels
Tot mij neem, walg ik en neig tot nausee
Zum Kotzen, jazeker en verder en meer
Ik waak voor clichés en gezapig gezanik
Gestuntel onpasselijke passe-partouts
Zichzelf
repeterende herhalingszetten
Im großen Ganzen der grote ganzen
Dan zorg ik voor paukenslag der metropolen
Aan het grote stuurwiel der raderboot
Dat continu draait - vlaggenschip van de vloot
Allé mennekes en ook gij lezeressen
Voorbij zijn de middeleeuwse monnikspijen
Mystieke minnekonst van penneressen
De bestevaer der proviandkotters Praamt diepgang van botter en stuurt bot met heil
Door Grave heel diep beneden de Sluis
Waar voelt een parelduiker zich nog thuis?
Geplaatst in de categorie: lightverse
was 't maar waar!
Gelul, gelul en nog eens gelul