Tegenvoeter
Was ik niet even naast dat eindeloze meisje neer gezeten
op wie ik mijn dronken poehäzie verpoogde los te laten
zodat ik ledig `t evenredig blauw zat in en aan te blaten
alsof ik net die ochtend hete pieperballen had ontbeten
Als jij iets langer in je gouden koets was blijven steken
was `t diamantje kwijt geraakt in die luxe limowagen
zonder ooit in muil gevallen tot je woedend onbehagen
grimmig hinkte als een vloeken op de rode loperdeken
Dan was `k niet aangeschoten toegesneld om je steun te geven
en jij was vast niet in mijn armen bijgekomen, ongebroken
terwijl fotografen stuk voor stuk een nieuw stel detecteerden
Jouw grove taal; mijn pralend preken bracht het stevig kennen leren
zonder die omgekeerde wereld waren we straal voorbij gelopen
aan het feit van voorbestemming langs elk-ander heen te leven
Geplaatst in de categorie: huwelijk