Wasvrouw
Zij fantaseerde zelf het witte paard
waar ze als prinses op werd gedragen
toen hij knielde om haar trouw te vragen
leek zijn liefde binden heel wat waard
Meisjesogen glommen vertedering
toen deze prins eeuwige liefde vroeg
haar op sterke handen verder droeg.
Het feest was compleet met catering.
Nu kijkt ze terug op die jeugdige jaren
en ziet zichzelf de toekomst verven.
Toen lag die spiegel niet aan scherven,
waren er hoopvolle tijden te staren.
De beelden schuilen onder lagen stof
die zij verwoedt probeert te weren
toch blijft het telkens koppig keren
tot haar denken; moe en dof
De bonte plekken tussen het wit
sorteert ze als onrusten knagen
bij het strijken van de dagen
terwijl haar prinsje heerlijk zit
Zij perst de kreukels uit het leven
terwijl hij zijn stoom afblaast
bevelend naar de koelkast baast
om hem zijn koude bruin te geven
De romantiek van hoe het worden zou
is in `t gesloof voor hem verbleekt.
Maar wat vooral in de ogen steekt:
Hij is man; zij was vrouw.
Geplaatst in de categorie: huwelijk