Eiland
Langszij de kentering van het getij
Drijven de dode dingen aan: een kist,
Een uitgeteerde boei van een vermist
Schip dat ergens met een zware slagzij
Op de bodem rust. 's Nachts, door een list,
Komen de geesten uit het water vrij
En waaien aan het strand voorbij.
Zij koersen in de duinen op gegist
Bestek tot aan de eerste nevelbank,
Dan vluchten zij en lossen op in zee.
De ochtend vindt de boschplaat wit en blank,
Een vroege fietser rijdt de longway
Af, het eiland krijgt een held're klank.
Zo is Terschelling in zijn dwarsdoorsnee.
Geplaatst in de categorie: algemeen
Knap.