Groots geluk
We struinen door de straten van de eeuwenoude stad
Je hebt je als een kat in mijn suède jas verstrengeld
Ik zie hoe langs de oever van de donkerbruine gracht
Een zwerver naar verloren schoenen hengelt
De klodders mayonaise bij de frietkraam van je zus
Die dit groots geluk allang had zien aankomen
Ze heeft zelfs al een arsenaal aan bijnamen bedacht
Die als rozenblaadjes uit haar mondhoek stromen
En de zon wijst met een pijl van licht
De eindbestemming aan
We lopen langs de ruiten van een kleine tattooshop
En nog voor ik doorheb welke eer me restte
Lig jij al na een zoet onthaal van naalden in een stoel
En is m’n naam je mooie lijf aan ’t verpesten
Iedereen stuurt briefjes van hoe leuk het wel niet is
En hoezeer je mijn bestaan zal gaan verrijken
Nog voordat ik je zelf in nuchter daglicht had gezien
Stond de halve straat al met me mee te kijken
En steeds feller jaagt de zon voor mij
De eindbestemming na
Ik vrees straks onze namen op een kerstkaart bij elkaar
Terwijl ik nog maar net weet hoe je heet
Ik vermoed ons met een ander stel in tenten dichtbij zee
En dat ik dan onze trouwdag vergeet
‘k Zie ons op terrassen van een oertoeristisch dorp
En dat je dan het toetje met me deelt
Ik hoor je ruzie maken als ik luister naar Mart Smeets
Gewoon omdat de zondag je verveelt
En pal boven mij verspreidt de zon
Z’n rake licht op straat
Geplaatst in de categorie: spijt