Droeve Pythia
ze stamelt geluiden en klanken
waarnaar geen sterveling
met aandacht wil luisteren
haar eigen woord vertelt van pijn
omdat haar hart verscheurd is
en haar ziel voor eeuwig gewond
alles wat zij heeft verloren
brandt gaten in haar wezen,
de taal heeft haar verlaten
ik zie haar dwalen door deze tuin
der dwazen, gelijk de Pythia
spreekt ze in Delphische spreuken
niemand die ooit van haar hield,
leeft nog en haar wereld is verengd
tot binnen deze dode muren
vol twijfel denk ik, keer op keer,
waarom toch hebben wij mensen,
een hart, een ziel, een wezen,
ja, waarom hebben wij de taal
verworven, wanneer niemand
een ander mens echt begrijpen kan?
Geplaatst in de categorie: filosofie