Mene Tekel
De macho sprinkhaan in oranje giert
met maxikettingzaag door mijn plantsoen.
Op vlieren, berken, ja kastanjes viert
hij lusten bot. Het is voor mij geen doen
verwoesting aan te zien met droge ogen.
Het bos verwordt tot zaagselvlakte, kaal
met enkel nog een eik waaruit gebogen
tak als vragend teken steekt en taal
van vroeger spreekt: gewogen en te licht
bevonden jíj die hier de winter ziet:
het oordeel over hinderlijke bomen -
maar uit de stobben zullen loten komen,
uit doodstil vlak weer nachtegalenlied.
Hier is de aarde niet voorgoed ontwricht.
1999 - 2007
Geplaatst in de categorie: milieu
Een heel fraai sonnet!