nooit heeft de kamer nog naar vanille geroken
ik zie een schip
voorbij mijn raam varen
beelden
van toen ik zes was
drijven doorheen tijd en zeewind
een verloren ziel helt
over moeders en dochters
en wie niet zien kan
zij, op het dek, verliest; er liggen
stenen, straks of later zal ik woorden
vinden
om vorm te geven
aan het schreeuwen
het is nooit van mij alleen:
het water zonder grond
en het oog
verzameld door de regen
op de horizon
Geplaatst in de categorie: psychologie
aan de horizon. Schitterend Kerima!