De spotvogel.
de spotvogel had achter de kat aan gezeten
de hele zomer lang
vol spot vol spot vol spot
pesterig en hanig;
de kat kroop op veranda’s onder schommelstoelen
zwaaistaartend
en zei iets woedends tegen de spotvogel
dat ik niet begreep
gisteren kwam de kat kalmpjes het garagepad oplopen
met de spotvogel levend in zijn bek,
vleugels waaierend, die mooie vleugels waaierend en flappend,
veren uiteen als de benen van een vrouw,
en de vogel spotte niet meer,
hij vroeg iets, hij bad
maar de kat
die aantrad op zijn trotse weg door de eeuwen
wou niet luisteren
ik zag hem wegkruipen onder een gele auto
met de vogel
om die ergens heen te rommelen.
de zomer was voorbij.
Charles Bukowski, the mockingbird.
Uit: Mockingbird Wish Me Luck (1972)
Inzender: Peterdw., 11 juli 2012
Geplaatst in de categorie: literatuur