meestal op donderdag
Ik heb hem Harry genoemd.
Al een hele tijd geleden. Harry is een boom.
Geregeld ga ik hem bezoeken.
Zijn schaduwen laten zich vaak gaan
in wisselend zwart. Soms duiken ze diep
in de tijd. Dan ga ik op een steen liggen en wacht.
Volgens Goethe kan je in en met iemand leven.
Maar vaak gaat dat niet samen en baart ieder
zijn eigen lijden, zijn eigen bast.
Zo drijven Harry en ik heen en weer, soms onbereikbaar,
te ver om elkaar te herkennen.
Het is niet makkelijk om het ontbrekende
uit andere seizoenen te vinden, al zal het misschien
net dat stukje zijn dat verbindt.
Morgen ga ik weer naar Harry. Midden in het bos.
Of ga ik naar mezelf ?
Geplaatst in de categorie: psychologie
zo passend bij het beeld.