Keer op keer
vaak zie ik de mens, alleen
als ik hem passeer of hij mij
soms kijken we elkaar aan
dan hebben we iets gemeen
niet altijd zijn de ogen open
zeker, de leden zijn uit elkaar
maar kunnen zich nog tonen
als waren zij gebroken
of in een vluchtig wuif gebaar
groeten of hooghartig honen
aan een uiterlijke rimpel
herken ik iets meer in het gezicht
en de wenkbrauw is daarbij een wimpel,
al helpende op duiding gericht
hoe hij gaat, vertelt nog meer
waardig, soepel of verstijfd
toch blijft het een puzzel, keer op keer
immers mijn blik is nochtans ingelijfd
Zie ook: http://blog.seniorennet.be/julius_dreyfsandt_zu_schlamm
Schrijver: julius dreyfsandt zu schlamm, 1 december 2015
Geplaatst in de categorie: psychologie