Want de nacht uit wederom
Dromen schrappen en planten regels.
Ik herken zinsneden uit hun beelden
zelfs die over de golven en branding
het mulle zand en voel hun genegenheid
in elke korrel en minuut van de nachten.
Denk dan na tot de zon opkomt bij het talud
welke mogelijkheden heeft de nacht vandaag
geboden, geeft het opnieuw passende tinten
ongerepte sneeuw, een storm om te ontginnen
mijn haren weer de kastanjekleuren van huis uit.
Ik ben wellicht olifant, kind van lange zinnen
nee een torenvalk die verstilt bidt boven land.
Al kan ik niet alles vertolken ondanks veerkracht
stil alles belevend schilder ik in 't gloren paden
gebruik toetsen en mijn ziel als armen en benen.
... Dit gedicht hoort symbolisch bij een eerder geschreven gedicht als tweeluik met de titel: de nacht weerspiegelt als tweeluik ...
Schrijver: annemieke steenbergen, 8 januari 2018Geplaatst in de categorie: emoties