Demonen
Wat vocht hij fel en snedig
met zijn demonenschaar,
vannacht, want deze ochtend
sprak er onrust uit zijn haar.
zijn beddengoed, een bende
lag uit zijn ledikant,
door wanhoop en ellende
voelde hij zich overmand
Ze weten hem wel wonen
maar zijn verzet is schriel.
Zijn nachtelijke demonen
bijten stukjes van zijn ziel.
Wat baat een psychiater,
ze komen altijd terug.
Met omineus geschater
werpen zij zich op zijn rug.
Geplaatst in de categorie: lichaam