Nest
'k Las hem 't gedicht Leermeesters voor,
waarin ook hij voorkwam
Toen keek hij even in mijn tuintje
Zag het vogelhuisje hangen,
Heb je 't schoongemaakt, vroeg hij
Nee.
Doen, zei hij, anders komt er niemand
Nadat hij weg was haalde ik 't eraf,
'k probeerde 't te openen.
Eerst zoemde er een hommel uit,
't Was verder volgepropt met zacht groen, waarop
een dood pimpelmeesje
Op 't plafond iets vastgeplakt,
dat 'k er niet vanaf
Ik maakte 't schoon
Toen hij weer aanbelde
luisterde en zocht hij
naar de vogelgeluidjes
waar die vandaan
In de geknotte connifeer
Voor mijn deur
De man van het nest
Geplaatst in de categorie: liefde